“Als je denkt dat je niet meer kan, zit je nog maar op 40 procent”- kamp van Koningsbrugge

Bij ons thuis kijken we Kamp van Koningsbrugge. Mijn oudste beide zonen zijn echt fan en de bovengenoemde uitspraak komt dan ook met regelmaat voorbij. Laat ik het zo zeggen: aanstellen wordt niet meer getolereerd 😉 Al is dat natuurlijk wel net hoe het uitkomt…

Het mentale stuk is bij sporten vaak zo belangrijk. Regelmatig heb ik het er met lopers van de groep over. Het ene moment doet het lichaam niet wat je wil; pijntjes, het tempo is laag, vermoeid, wat ziekjes of een blessure. En vaak is het moeilijk de vinger er precies op te leggen hoe het komt. Het andere moment loop je de sterren van de hemel, je loopt verder dan ooit, sneller, vaker of je kan die ene persoon die steeds net voor je loopt, bijhouden. En ook dan blijft het gissen hoe dit nu ineens kan. Ik weet zeker dat het mentale stuk hier een grote rol in speelt! Hoe zijn je gedachten? Hoe kijk je aan tegen de training? Hoe denk je over jezelf? Het is zo belangrijk dat je gedachten en gevoelens positief zijn. En dat je bereid bent om dat te doen wat nodig is. En soms is het nodig dat je gedachten om kan zetten van negatief naar positief. Hardlopen, en ik denk ook heel veel andere sporten, is voor voor een groot gedeelte mentaal. Het succes wordt in je hoofd bepaald.

En hoe is dat dan in de praktijk? Vaak is het makkelijker gezegd dan gedaan. Het ene moment lukt het om een knop om te zetten, weet je hoe je dat kan doen. En het andere moment krijg je het niet voor elkaar. En weet je, het is goed, ook dat hoort bij het sporten en moet je soms gewoon accepteren. Ook al is het absoluut niet leuk. En soms gaat het in periodes. Loop je een periode heerlijk, makkelijk en kun je de wereld aan. En een andere periode blijft het zwoegen, hoe hard je ook je best doet.

Blijf bij je plan, houd je doel voor ogen. Weet waar je het voor doet. En weet ook dat het weer beter zal gaan.

Wat ik hier omschrijf, zie ik terug bij de lopers uit mijn loopgroep. De euforie als er stappen worden gemaakt. Als het lukt, als alles op zijn plek valt. Het doel wordt gehaald. En de moed die in de schoenen zakt als het even niet lekker gaat. De vraag die wordt gesteld: hoe kan dat nou. En het antwoord wat vaak ergens in het midden blijft. Hoe frustrerend ook, het hoort erbij. Het is onderdeel van het lopen, onderdeel van het sporten.

En natuurlijk loop ik er zelf ook regelmatig tegen aan. Ik heb geen geduld. En dat breekt me vaak op, ook met het sporten. Ik kan keihard trainen, wil ook keihard trainen voor mijn doelen. Maar ergens verwacht ik dan ook succes. En snel ook. En hoe frustrerend is het als dat succes niet (meteen) komt. Balen van een training die niet lekker gaat. Ik ga alles waar het aan zou kunnen liggen, analyseren. Ik wil er van leren voor een volgende keer. Ik heb het sporten nu wat omgegooid, survivaltraining erbij, power hour bij de bootcamp en een iets andere weekindeling. Rationeel weet ik dat mijn lichaam er aan moeten wennen, fysiek en ook mentaal. Maar toch, wat knaagt het dan dat ik met de survivaltraining maar kleine stapjes zet en het meeste nog lang niet kan. En wat is het vervelend als mijn lijf tegensputtert, omdat het moe is, omdat het moet wennen. Mijn reactie opdat alles nog niet gaat zoals ik graag wil, is nog harder trainen. Werken aan wat nog niet goed gaat. Terwijl er ergens op een gegeven moment toch dat stemmetje wel komt en me vertelt dat het komt, dat dit erbij hoort. En natuurlijk zijn daar ook de mensen om me heen. De mensen die me kennen, die me zien vechten. Die weten wat ik altijd tegen anderen zeg. En zij zeggen datzelfde nu tegen mij. Het hoort erbij, het is onderdeel van het sporten. Houd je doel voor ogen. Weet waar je het voor doet!

En dus leg ik me neer bij de training die niet lekker gaat, ben ik blij met iedere kleine stap die ik zet bij de survival, accepteer ik de frustratie en ook de vermoeidheid die zo logisch is. Zet samen met mijn zonen een nieuwe aflevering van Kamp van Koningsbrugge aan. En zie hoe heldhaftig de deelnemers doorgaan tot 100 procent. Of hoe ook zij wel tegen hun mentale en fysieke grenzen aanlopen.

Lieve groet, Cobie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *