Weerstand

Ken je dat gevoel? Ergens tegenaan hikken. Je wilt iets doen, moet iets doen, gaat iets doen, maar het gaat niet van harte. Er zit weerstand. Soms weet je precies waar het zit, waarom of waarin. En soms niet, dan voel je het in je lichaam, maar kun je er niet de vinger op leggen. En is het erg weerstand? Moet je dat wat weerstand op roept vermijden? Of moet je er soms juist dwars doorheen gaan, omdat je weet dat het je wat op kan leveren?

Ik had enige tijd geleden met mezelf afgesproken om alleen nog dat te gaan doen waar ik blij van word, wat goed voelt. Maar ja, dan komen er doelen, wil je verder en realiseer je je dat je daar soms ook wat voor moet doen. Wat spannend is, niet leuk is. Waarbij je uit je comfortzone gaat. En waarbij je dus door de weerstand gaat.

Na vorig jaar durf ik wel te zeggen dat ik verliefd ben geworden op obstacle running. Daar word ik blij van, krijg ik die kriebel van in mijn buik. Ik ben een beginneling, maar ik wil zo graag verder. En dus zal ik daar wat voor moeten doen.

Mijn grootste tekortkoming zit in de techniek, ik mis de skills die nodig zijn om alle hindernissen te halen. Wekelijks zie ik mijn middelste twee kids vooruitgang boeken bij de survival en zie ik ze steeds makkelijker ook moeilijke hindernissen proberen en halen. En nadat de trainers meermaals hadden gezegd dat ik wel tegelijk/mee kan trainen met de jeugd, besloot ik toch maar op dat aanbod in te gaan. Daar waar ik met hardlopen en bootcamp redelijk mee kan komen, sta ik hier echt helemaal aan het begin. En dat maakt dat ik het erg spannend vind. Ik voel me snel bekeken, ben bang dat het niet lukt. Ik bedenk van alles. Feit blijft dat ik het graag beter wil kunnen en dus zit er niets anders op dan daar voor te gaan trainen. En dus trainde ik gisteren voor het eerst echt mee met de jeugd. Ik heb met mezelf afgesproken om al mijn eigen verwachtingen los te laten en er gewoon stapje voor stapje voor te gaan. En wat was het leuk!! Ik heb er ontzettend van genoten en verheug me nu al op de volgende training. De kids wilden graag helpen en me van alles leren, tips van de trainers gekregen. En vooral veel plezier gemaakt. De trainingen van de volwassenen komen voor onze familieplanning erg onhandig uit, ik ben dus blij dat ik tegelijk met mijn kids kan trainen. Al ben ik wel van plan om zo nu en dan een keer een training met de volwassenen mee te doen, maar ik hoef vast niet te vertellen dat ik dat helemaal spannend vind..

Daarnaast hoop ik (weer) wat sneller te worden met hardlopen. En daar zul je tempotrainingen voor moeten doen; interval, tempoduurlopen en wedstrijdjes. En je kan vast wel raden waar mijn weerstand zit. Ik vind het heerlijk om lang te zwerven, geen tijdsdruk, geen longen die uit je lijf knappen, geen verzuurde benen, geen pijn. En nu wil het zo zijn dat mijn loopmaatje precies van het tegenovergestelde houdt, als waar ik van hou. En dus hebben we een soort van afspraak gemaakt om elkaar te helpen. Zij traint voor de halve, ik leg focus op snelheid. Perfect toch? Maar ja, die weerstand he… We hebben ons samen ingeschreven voor de Wooldereslopen; 4x in 3 maanden tijd een wedstrijd. Wij hebben gekozen voor de 5,1km, dit om ons basistempo te verhogen. En vandaag was de eerste. Ik voelde me gisteravond niet fit, mijn buik rommelde en ik viel op de bank in slaap. De afgelopen week veel te veel gedaan, maar er heerst ook van alles. Vanochtend voelde ik mijn buik nog en ook had ik het idee wat benauwd te zijn en dan komt het inwendige gesprek met jezelf. Ik wist wel zeker dat er niks aan de hand was en kreeg door dat het benauwde gevoel, spierpijn van de borstspieren was, maar toch.. Mijn loopmaatje heeft veel spanning bij wedstrijden en gebruikt deze loopjes om daar van af te komen. We gingen dus in gespannen staat naar de wedstrijd. We hadden afgesproken om niet samen te lopen, zij is iets sneller dan dat ik ben. Ik wilde snel starten, zij rustig en zodoende liepen we een stukje uit elkaar. Ik startte zoals altijd te snel, zat onder de 5min/km het eerste stuk, de eerste km ging in 5.09. De tweede kon ik nog redelijk doorlopen en toen vond ik het echt niet leuk meer. Bleek dat we ook nog twee keer hetzelfde rondje moesten lopen. Wat heb ik lopen klagen in mezelf. Het tempo zakte wat, maar ik kon mezelf wel blijven pushen. Zo rond kilometer 3,5 haalde mijn loopmaatje mij in. Ik wilde perse niet wandelen, dus stond ik mezelf toe om het tempo iets te laten zakken. Dit werd rond de 5.45min/km. Maar wat een inwendig gevecht! Het laatste stuk liep een meisje voor me die er doorheen zat. Het was nog best een stukje, toch kon ik mezelf streng toespreken en opleggen dat ik haar zeker voorbij moest. Dat lukte en dat heeft me het laatste stuk ook geholpen. Mijn tijd 27.43, langzamer dan ik hoopte. Toch voelde ik me ontzettend voldaan na de finish. Samen met mijn loopmaatje erg blij.

Mentaal komt er ook een stuk bij. 13 Jaar geleden liep ik hier met mijn loopmaatje 4x de 10km. Dit op aanraden van hem en van de trainer. Ik vond het verschrikkelijk! Maar ook onder het mom van: “het is goed voor je en alles voor de basis”. Ik liep toen de tijden die ik wilde, werd zelfs tweede overall in mijn categorie. Maar ik voel het gevecht wat ik toen van kilometer 6 tm 9 voerde, nog steeds. Nu is mijn loopmaatje er niet meer. Hij heeft de laatste jaren van zijn leven in dat gebied gewoond en we hadden daar altijd nog een keer samen zullen lopen..

En dus zit er weerstand. Naderhand veel wijze woorden van loopmaatjes die me aan het denken zetten. Iets in de trend van je zegt dat je dit niet leuk vindt, maar dat vind je wel. Je vindt het einddoel leuker als je een betere tijd loopt, je doet het voor het eindresultaat. En ook met het oog op het trainen dat ik er ook voor moet zorgen dat ik mezelf uit blijf dagen en niet alleen maar “makkelijk” meeloop in het langzamere tempo van een ander.

En dus levert een weekend als dit, een weekend vol weerstand, me veel lessen op. Lessen waar ik naar op zoek ben, want ik wil graag verder. En weet je, dat maakt me heel blij! Ik kijk vooruit en krijg overal nog veel meer zin in. Ik weet dat ik overal straks voorbereid zal staan. Dat ik m’n best heb gedaan om er alles uit te halen. Dat ik zelfvertrouwen voel en dat ik er dan volop van kan genieten. En dat ik met een lach terugdenk aan de weerstand: “zo erg was het nou toch ook niet?”

Oh ja en volgende week, ook daar zit wel weerstand; de hyrox. 8 Keer een kilometer hardlopen in een overdekte hal in Maastricht, afgewisseld met ski- erg, sled push, sled pull, burpee broad jumps, roeien, farmer carry, sandbag lunges en wall balls. De helft van de oefeningen ken ik niet, ik ben goed in veel te hard starten en ik vind de trainingen die ik hiervoor heb gedaan, loodzwaar… dus weerstand, kom maar op! Ik zal een volgende blog schrijven over nieuwsgierig zijn, want dat ben ik ook! En dat wint het van weerstand 😉

Waar zit jouw weerstand?

Lieve groet, Cobie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *